top of page
Writer's pictureAsher Intrater

De Vernietiging van de Tempel & De Pijn in het Hart van God

Tikkun Global

Jerusalem, Israel


In de Hebreeuwse kalender is de negende dag in de maand Av (tisha b’Av) de dag van de vernietiging van de eerste én de tweede tempel, maar ook van meerdere andere rampen in de Joodse geschiedenis (de datum verschijnt in Jeremia 39:2; 52:6; II Koningen 25:3.)


Het boek Klaagliederen wordt traditiegetrouw op deze dag gelezen. Mensen vasten, huilen en rouwen. Dit jaar in Jeruzalem, voelde de negende dag van Av als een uitzonderlijk sombere dag – als de Grote Verzoendag. Alles was gesloten. De vreze des Heren hing in de lucht.


Klaagliederen is een diepzinnig boek, maar niet makkelijk te lezen. Het is in oud poëtische stijl met de verzen in een alfabetische acrostichon gearrangeerd. Hoe kon een mooi lied door Jeremia geschreven worden gedurende een rampzalige tijd? Dat is een deel van het punt. De pijn en ramp vloeide uit zijn hart als profetische poëzie.


De stem van Jeruzalem schreeuwt het uit naar God in het gedicht. Het is als de stem van een vrouw die het uitroept naar haar man of vader. Ze zegt;  We hebben gezondigd. U heeft ons gestraft. We zijn vernietigd. Alles is tot as verbrand. Maar heb genade. Onthoudt dat we Uw geliefde volk zijn, in Uw geliefde stad.  “Gevallen is de kroon van ons hoofd! Wee toch ons, dat wij zo gezondigd hebben!” (Klaagliederen  5:16).


De profetische stem in Klaagliederen verweeft de gevoelens van de profeet Jeremia, van de geest van de stad, van het volk, van God, van de Messias, allemaal met elkaar. Het samenspel van de perspectieven doet denken aan Hooglied (het lied van Salomo), maar in een tegenovergesteld parallel thema. Klaagliederen wordt meer vergeleken met een gebroken relatie, en Hooglied met een romance.


Natuurlijk bevat Klaagliederen, als een boek van geloof, het constante element van hoop en toekomstig herstel. Echter wordt in het grootste deel van het boek de pijn en de schok over de enorme bestraffing en rechtvaardig oordeel van God geuit. De pijn en de liefde worden gemengd.


“Waterbeken stromen neer uit mijn oog vanwege de ondergang van de dochter van mijn volk.” (Klaagliederen 3:48)

Ik voel deze pijn. Misschien doen we dat allemaal wel. Het is een goddelijke pijn, geen zelfmedelijden. Het is het voelen van een verwoesting van iets dat goed, heilig en kostbaar was. Het is de pijn in het hart van God. Het ontkent niet de toekomstige hoop en herstel, maar voelt de pijn in het proces. Het is als Yeshua die huilt om de dood van Lazarus, ook al zou hij spoedig uit de dood worden opgewekt (Johannes 11:35).

Er is zoveel verwoesting en pijn geweest dit afgelopen jaar in onze naties, families, gemeenten en gebedshuizen; oorlog, terrorisme, Jihadisme, leugens  in de sociale media, antisemitisme en anti-Zionisme, seksuele zonde, geslachtsverwarring (gender confusion), diplomatieke ongerechtigheid, academisch andersom-denken (reverse-think), en misschien wel boven dit alles uit, mensen die elkaar gewoon haten.

Volgens de Joodse traditie was de verwoesting van de eerste Tempel het gevolg van de drie ergste zonden uit de Tora: bloedvergieten, seksuele immoraliteit, en afgoderij. De reden voor de verwoesting van de tweede Tempel was haten zonder reden ("Sin'at Khinam" שנאת חינם). Die zonde wordt ook gezien als de wortel van de andere zonden.


De Bijbel zegt: “Zij hebben Mij zonder reden gehaat” – zie Psalm 35:19; 38:20; 69:5 en Johannes 15:25. Het is een profetie van onverdiende haat richting Yeshua.


Mijn hart is gebroken door alle pijn en verwoesting. God Zelf ervaart onnoemelijk veel pijn vanwege ons egoïsme, zonde. Zullen we onze harten laten samenkomen voor deze heilige, rouwende geest, en laten we geloof hebben voor de uiteindelijke toekomstige.


“Heere, bekeer ons tot U, dan zullen wij bekeerd zijn! Vernieuw onze dagen als vanouds.” (Klaagliederen 5:21)

bottom of page