1. “Niet Gedwongen, maar Vrijwillig, naar de Wil van God.…” (1 Petrus 5:2a)
In Johannes 21:15-17, zegt de opgestane Yeshua tegen Petrus drie maal: “Weid Mijn lammeren… hoed Mijn schapen ….. weid Mijn schapen.” Petrus was een vrijmoedige, sterke man, bestemd om een groot leider van Gods volk te worden. In zijn eigen kracht had hij deze opdracht van Yeshua geaccepteerd “onder dwang”. Maar Yeshua wist dat noch Petrus, noch iemand anders leiding kan geven zoals Yeshua leidt “naar de wil van God” – naar zijn eigen kracht (1 Petrus 5:2). Hij begint misschien sterk, maar zal uiteindelijk falen. Dit is de reden waarom, in Johannes 21, voor ieder gebod Yeshua Petrus de retorische vraag stelt: “Petrus, hou je van Mij?”
Zo is het met ieder van ons, die leiding geven: als we luisteren, stelt de Heilige Geest ons voortdurend dezelfde vraag: “Doe je dit omdat je moet of omdat je God liefhebt?” Ik hoor God bijna zeggen: “Als je Mij liefhebt en dichter bij Mij komt, dan kun je leiden met mijn hart, mijn liefde, mijn wijsheid … en zo niet… het beste!”
2. “Niet uit winstbejag, maar bereidwillig.”
We moeten allen zien rond te komen. We hebben allemaal geld nodig voor het gezin, eten, kleding, misschien een auto. Er is niets mis als bedieningsleiders betaald worden voor hun werk. Net als op iedere werkplek verdienen zij die meer autoriteit en verantwoordelijkheid hebben een hoger salaris. Maar om ware leiders te zijn naar Zijn beeld, moet de wens/behoefte naar geld (en meer geld!) nooit de bron van onze motivatie zijn. In 1 Korinthe 9:16 getuigt de apostel Paulus: “Als ik het Evangelie verkondig, is er voor mij geen reden tot roem. De noodzaak daarvan is mij immers opgelegd. En wee mij, als ik het Evangelie niet verkondig!”
Allen van ons in leiderschap moeten deze houding hebben: “Ik doe dit omdat God mij geroepen heeft. Hij heeft me de kracht gegeven en het is Zijn wil in mij. Wee mij, als ik het niet doe. Het doet er niet toe of ik ervoor betaald word of hoeveel… het is niet zomaar een baan.” En hetzelfde geldt voor ons allemaal, of we nu ouders zijn of leiders in een seculiere werkplaats, we moeten weten dat alle autoriteit een gave van God is (Romeinen 13:1) en dat ons werk iets is dat we graag zouden moeten doen voor Zijn glorie – niet voor geld of status!
3. “Niet als mensen die heerschappij voeren over het erfdeel van de Heere, maar als mensen die voorbeelden voor de kudde zijn geworden.” (1 Petrus 5:3)
Voor ik kinderen kreeg werd ik lid van een ouder klas, gegeven door een pastoraal echtpaar hier in Jeruzalem. Jaren later herinner ik me een van hun beweringen nog heel duidelijk: “Jullie kinderen zullen doen wat jullie doen, niet wat jullie ze vertellen dat ze moeten doen.” Dit is een van de eenvoudigste en meest universele van alle leiderschapsprincipes – leiden door voorbeeld. Door macht en autoriteit zijn velen erin geslaagd in regeren door “dicteren” (dictator zijn!) over anderen Maar hun leiding en invloed zijn gewoonlijk van korte duur (zo gauw als de dictatoriale leider overlijdt, valt de hele zaak in duigen.) Maar als we regeren van “onder” en niet van “boven”, naar het voorbeeld van gehoorzaamheid en heiligheid in ons leven, dan produceren wij blijvende vruchten in anderen, die de generaties kunnen blijven beïnvloeden als wij er niet meer zijn. In 1 Korinthe 9:4 beschrijft Paulus apostelen als degenen “aan het eind van de reis”, niet beroemd en vooraanstaand, vooraan in de parade, maar onbekend als degenen die ter door veroordeeld zijn, zwak en zonder eer. De grootste leiders zijn vaak onbekend, die rustig leiding geven door hun nederig voorbeeld. Yeshua zei: “Leer van Mij want Ik ben zachtmoedig en nederig van hart; Mijn juk is zacht en Mijn last is licht”
(Mattheüs 11:29-30).