Een deel van de logica van God is dat Hij ons wil zegenen terwijl wij voor anderen bidden dat zij gezegend worden. Job onderging veel lijden. Een deel van dat lijden was dat zijn “vrienden” hem ervan beschuldigden dat hij verkeerde dingen deed. Hun beschuldiging leek heel rechtvaardig, maar was in feite alleen maar hypocriet. God zei ze als ze niet Job vroegen voor hen te bidden, Hij ze zou straffen.
Job 42:8 – En nu…. Ga naar Mijn dienaar Job en hij zal voor jullie bidden, want ik ben alleen hem goedgezind. Dan zal Ik jullie niet blootstellen aan schande, ook al hebben jullie niet juist over Mij gesproken, zoals Mijn dienaar Job.
En toch in dezelfde tijd, zegende God Job alleen nadat hij gebeden had. Hij moest vergeven diegenen die hem hadden beschuldigd. Hij moest ze genade geven die zij hem niet gegeven hadden. Het gebed van Job voor zijn vrienden, dat zij gezegend werden was de sleutel voor zijn eigen herstel.
Job 42:10 – Nadat Job voor zijn vrienden gebeden had bracht YHVH een keer in het lot van Job en Hij gaf hem het dubbele van wat hij eerder bezat.
Als Job bad voor zijn vrienden, werd hun straf weggenomen. En als hij bad voor hen, werd zijn eigen zegen hersteld. In feite werd hij twee maal zoveel gezegend als daarvoor. Zijn eigen zegen en herstel was afhankelijk van zijn vergeving en hen zegenen.
In een dergelijke situatie zei God tegen Abimelech dat Abraham voor zijn herstel moest bidden, zelfs al was Abimelech onschuldig (Genesis 20:7, 17). We moeten voor elkaar bidden om vergeving te krijgen en genezen te worden (Jakobus 5:14-16). Yeshua leerde ons zelfs degenen te zegenen die ons vervolgen (Mattheüs 5:44), te geven en het zal ons gegeven worden. (Lukas 6:38).
Misschien zit jij nu in een situatie waarin de sleutel gezegend te worden ligt in vergeving vragen van een ander of te bidden voor een ander om vergeven en gezegend te worden.