Door de jaren heen hebben we veel situaties gezien waar wij “Messiaansen” of “Charismatici” schade veroorzaakt hebben of verdeeldheid aan het lichaam van de Messias door persoonlijke problemen op te blazen tot profetische dimensies.
In het Evangelie van Lukas vinden we een situatie waar Yeshua naar Jeruzalem reisde en de discipelen zagen dat de mensen in de Samaritaanse dorpen Yeshua niet ontvingen en ze waren beledigd.
Lukas 9:53-55
Maar zij ontvingen Hem niet, omdat Hij op reis was naar Jeruzalem, waarheen Zijn aangezicht gericht was. Toen de discipelen Jakobus en Johannes dat zagen, zeiden zij: “Heere, wilt U dat wij zeggen dat er vuur van de hemel moet neerdalen en hen verteren, zoals ook Elia gedaan heeft?” Maar Hij keerde Zich om, bestrafte hen en zei: “U beseft niet van welke Geest u bent.”
De reden waarom de Samaritanen Yeshua niet accepteerden deze keer was niet zozeer omdat ze Hem afwezen, maar eerder omdat Yeshua een ander doel had deze keer dat de discipelen niet begrepen.
I. Persoonlijke Afwijzing
Vaak wordt, als we de Heer dienen, onze bediening niet ontvangen. In de context van de situatie voelen we ons afgewezen. Hoewel, het is belangrijk voor ons niet elke situatie op te vatten als een persoonlijke afwijzing. Een zwak leider (zoals aangetoond door de discipelen) wordt persoonlijk beledigd door iedere afwijzing in zijn bediening. De sterke leider (zoals aangetoond door Yeshua) veegt de situatie af doordat hij de afwijzing ziet als niet relevant voor de speciale opdracht die God hem op dat momentgegeven heeft.
Soms, als we afgewezen lijken te worden, is het omdat God een ander doel voor ogen heeft.
In dit geval waren het niet eens de discipelen die afgewezen werden, maar hun leider. Zwakke gelovigen worden beledigd, niet alleen als zij worden afgewezen, maar zelfs als een van de leiders aan wie ze loyaal zijn, afgewezen wordt. Ze worden beledigd door een “derde partij”: afwijzing. Soms hebben we zelfs een gevoel van persoonlijke afwijzing als we een ‘belediging’ jegens Yeshua Zelf of voor het Koninkrijk van God op onszelf projecteren. Maar eigenlijk antwoorden we alleen maar onvolwassen.
II. Profetische verontwaardiging
Als we proberen onze persoonlijke pijn en boosheid te bedekken, dan vertalen wij soms onze gevoelens als rechtvaardig, profetisch vuur. We vragen straf voor de zondaars om ons heen. Dat kan heel bedrieglijk zijn, vooral als we reageren op iets dat ons pijn gedaan heeft. We kunnen zeggen dat dit bedrog is in plaats van ware profetische verontwaardiging, omdat onze vraag naar gerechtigheid alleen draait om het feit dat mensen “mij” hebben afgewezen. Daarom moeten zij berouw tonen. Ze hebben mijn roeping afgewezen. Ze hebben God afgewezen, Wiens hand is op mijn bediening.
Het gaat hier helemaal niet om de armen of de zwakken, maar echt een reactie op mijn eigen afwijzing die nu gekleurd is in super geestelijke termen. We zeggen dat we proberen de zwakke schapen om ons heen te beschermen. Maar dit is huichelachtig omdat wat we zeggen verwondt de schapen zozeer tot het feit dat mijn bediening afgewezen is en dat de zwakke schapen mij nodig hebben om ze te beschermen. In dit geval wilden de discipelen vuur naar beneden laten komen, zoals Elia, de profeet deed. (2 Koningen 1)
Op dit punt beginnen we allerlei “bevestigende” profetieën te ontvangen. Deze profetieën zijn over het algemeen niet van de mensen die geestelijke autoriteit hebben in de zaak. Soms wordt een echt profetisch woord incorrect geïnterpreteerd en toegepast om onze positie te rechtvaardigen. Iedere omstandigheid wordt een bevestiging. Het regende tijdens mijn bijeenkomst, hetgeen betekent dat de Geest uitgestort werd. Het was bewolkt de volgende dag tijdens hun bijeenkomst, wat betekent dat de geestelijke wolken donker zijn over hen.
III. Psychische Wraak
Op dit punt begint Satan te werken aan onze voorstelling alles buiten proportie op te blazen. In onze ogen zijn de andere mensen gedemoniseerd. Als we ook maar ergens enige psychologische schade hebben in ons karakter, kunnen satanische geesten die persoonlijke afwijzingen tot enorme dimensies opbouwen.
Dan gaan we profetieën uitspreken waarin God de andere mensen zal straffen. Dat is geen profetie, maar een psychische manipulatie. We hebben niet door dat we onbewust nodig hebben dat er iets verkeerds gebeurt met degene die ons afgewezen heeft om te “bewijzen” dat God aan onze kant staat. Dat is heel gevaarlijk omdat we dan meewerken om te zien dat die destructieve profetieën vervuld worden.
We eindigen in een demonische val, waarin we onze eigen psychische energie gebruiken om geestelijk wraak te nemen op andere gelovigen. Dit komt in de buurt van hekserij, en we denken dat we het doen om de eer van Yeshua te beschermen. Onze daden gaan de bediening van de ander ondermijnen in een soort zelf-vervullende profetie. We zijn psychologisch verwond. Onze verbeelding slaat op hol. We verklaren de situatie “profetisch”. Maar eigenlijk veroorzaken we vernietiging en verdeeldheid.
Ironisch genoeg gebeurt dit vaak bij mensen die denken dat ze een profetische roeping hebben om anderen in het lichaam van de Messias tot bekering te brengen. De discipelen van Yeshua in Lukas 9 dachten dat zij met recht berouw vroegen. We moeten voorzichtig zijn niet in deze gevaarlijke, misleidende cyclus te vallen, die begint met een persoonlijke afwijzing, bedekt met profetische verontwaardiging en eindigt dat we te werk gaan in psychische wraak.